space picture adm20_title picture

space picture





Present

Past

Subjects

Projects

Misc
space picture

THE LAW OF LAWS


Date: Thur, 4 June 1998
From: Jaakko van 't Spijker

Constitution Issues Amsterdam 2.0

THE LAW OF THE LAWS

Een nieuwe grondwet moet voldoen aan een soort 'wet van de grondwetten', zoals aan de wet van innerlijke coherentie. Vinden wij. Wat is die onderliggende basis? Hoever kun je op deze manier terugredeneren. De vraag is natuurlijk of je ook over de wet der wet moet nadenken, inhoeverre ook deze onderliggende eisen reeds gekleurd en beperkend zijn voor de wet die gemaakt gaat worden. In ieder geval moeten de aannames die impliciet zijn aan het schrijven van een grondwet expliciet neergezet worden. Alleen als de grenzen bekend zijn kan de wet optimaal gebruikt worden als een sturende machine voor het genereren van een nieuw Amsterdam.

The law of the laws: (met Paul kortsluiten)

1. Door wie wordt de wet geschreven, aan wie wordt hij opgelegd? Naast de bekende staatsvormen kun je denken aan de private ontwikkeling van grondwet (+territorium?). Een constitution-corporation, waar je een lidmaatschap op kunt nemen zoals op pay-tv, of in de nabije toekoemst op software-lease. Is dit een aanname die ten grondslag ligt aan de grondwet, of wordt zoiets juist in de wet geregeld.

2. Kunnen meerdere grondwetten naast elkaar bestaan, of kan dit alleen als dit in een diepere wet der wetten wordt getolereerd?

3. Er wordt gekozen voor een logisch systeem waaraan de wet moet voldoen. In hoeverre is ook hierin keuzevrijheid. Zijn er voorbeelden bekend van wettelijke systemen gebaseerd op andere logica dan degene die wij kennen in onze samenleving? Als er alternatieven zijn, is er een wet der wetten denkbaar die grondwetten gebaseerd op meerdere logicas toestaat?

4. Hoe is de aanname omtrent territoriale geldigheid van de grondwet? Is deze geografisch, technologisch, financieel, cultureel?

5. Heeft een wet blinde zones, zones die gebaseerd zijn op aannames die zo algemeen zijn dat niemand erover nadenkt. Aannames die impliciet zijn aan de cultuur, de beperkingen van de taal, de tijd, de stand der techniek, het klimaat...

6. Hoe verhouden ideologie en grondwet zich tot elkaar? Is er theoretisch een ont-ideologisering denkbaar, of is ideologie per definitite inherent aan een grondwet.


DE CONTRAMAL VAN AMSTERDAM

Amsterdam is Amsterdam voor een zeer groot deel als gevolg van het stelsel van regels en wetten dat er geldt. Is dit stelsel te beschrijven als een (niet-formele) contramal die Amsterdam als resultante heeft? Het beschrijven van de contramal is een manier van het beschrijven van Amsterdam. Analoog aan de huidige situatie kunnen we ook Amsterdam 2.0 gaan beschrijven via de omweg van haar mal: De nieuwe wet.

De analyse van Amsterdam's contramal kan opgedeeld worden in een aantal gebieden.

1. regelgeving m.b.t. hardware

a. randvoorwaarden aan gebouwen en infrastructuur van de stad (onroerend goed)
b. randvoorwaarden aan technologie in de stad (roerend en klein goed)

2. regelgeving m.b.t. software, gebruik van de bestaande stad.

3. regelgeving m.b.t. verandering, vrijheid voor veranderingen (particuliere -en staatsinitiatieven)

4. regelgeving m.b.t. interactie tussen rechtspersonen

1 regelgeving m.b.t. hardware

a. Een stelsel van regels en veiligheidseisen organiseert de manier waarop de hardware van de stad werkt. Veiligheid, een minimaal gebruikscomfort, een maximale hinder aan derden zijn de uitgangspunten. De Nederlandse grondwet vormt de samenhang tussen de verschillende regelsystemen. Arbo, bouwbesluit, hinderwet, een eindeloos stelsel normen, etc. Vele wetten hangen samen met de gebruiksregelgeving, en beperken de gebruiksmogelijkheden van de hardware al in hun ontstaansfase. De particuliere sector heeft een toenemende macht, binnen de grenzen van de grondwet. Garantie-eisen m.b.t. duurzaamheid en veiligheid bepalen steeds meer het beeld van de stad.

b. Een stelsel van regels en veiligheidseisen organiseert de manier waarop de techniek haar plaats in de stad inneemt. Regels voor autoveiligheid (materiaalnormen, uitstoot chemicalien, APK, veiligheidsgordels etc.) bedrijfsveiligheid (lawaai, veiligheidszones, etc...) chemische veiligheid enz. moeten de inwoners van Amsterdam beschermen tegen de oprukkende techniek.

Een ietwat kneuterige gemene deler van veiligheid en een algemeen begrip van comfort voor rechtspersonen in een omgeving van hardware zijn de achterliggende gedachte voor deze regels.

2. regelgeving m.b.t. software

Het gebruik van de stad, de interactie tussen hardware en software is zorgvuldig afgebakend. Verkeersregels, vandalismeregels, toegankelijkheidsregels, eigendomsrecht, standplaatsvergunningen, hygiene-eisen, sluitinstijden, leeftijdsminima, tachografen etc. zijn allemaal onderdeel van een complex regelingsapparaat dat zorgt dat de burgers niet te excessief met hun stad omgaan. De manier waarop de stad gebruikt wordt wordt verder mede bepaald door het vestigingsbeleid van bewoners en bedrijven. Niet elke software mag aan elke hardware gekoppeld worden. Inkomensminima, hinderzones, functieprofielen, een heel planologisch instrumentarium regelt deze vorm van interactie. De inwoners van Amsterdam hebben een gebruiksverordening voor hun stad die gebaseerd is op de 'redelijkheid' van de stadsbestuurders. Exces in welke zin dan ook dient voorkomen te worden.

3. regelgeving m.b.t. verandering van de stad

Niet elke Amsterdammer mag zo maar een willekeurig initiatief in zijn stad ontplooien. Een complex totaal aan regeltjes houdt de stad constant en log. Dynamiek is in principe niet wenselijk. Elk idee wordt getoetst aan het korset van regels als woningcontingenten, bestemmingsplan, economische structuurplannen etc. Op deze manier wordt een verschuiving van het bestaande Amsterdam af voorkomen. De veranderingsregelgeving dient grote en/of structurele veranderingen van de stad in welke zin dan ook te voorkomen. Geografisch is de stad bepaald: uitbreiding door het klonen van zichzelf is niet aan de orde. Ook zelfdestructie door het in Amsterdam klonen van andere lokaties is onmogelijk.

4. regelgeving m.b.t. interactie tussen rechtspersonen

In principe is het principe van gelijkheid onder de gemeenschappelijke wet het ordenende principe. De uitgangspunten van het Nederlands grondrecht bepalen grotendeels de gang van zaken in de stad. Alle Nederlandse en Europese wetten zijn van kracht. Niet stelen, niet doodslaan etc. Machines zijn geen rechtspersonen. Mensen worden in principe verantwoordelijk geacht voor hun machines. Instituties zijn wel rechtspersonen en kunnen derhalve wel aansprakelijk gesteld worden voor hun daden. Rechtspersonen kunnen met elkaar onderlinge afspraken maken, maar binnen de van kracht zijnde wetgeving. Het gelijkheidsbeginsel staat aan de voet van deze wetgeving. Iedereen heeft een gelijk recht te leven, op eigendom, op privacy. Dit recht is iets ruimer dan in veel omringende gebieden: In Amsterdam heeft een ieder recht op sexuele exploitatie van het eigen lichaam en op een vrijwillige roes door soft-drugs.


DE CONTRAMAL VAN AMSTERDAM 2.0

De contramal van Amsterdam 1.0 laat een mal zien die bijzonder consensus-georienteerd is. Gezapig, maar rigide als het gaat om veranderingen. Wederzijdse tolerantie binnen strikte marges als opvolger op een koloniaal verleden. Totaal georienteerd op de bestaande lokale geografie. Een mal die stad en inwoners tegen elkaar in bescherming meent te moeten nemen. De mal van Amsterdam 1.0.

Hoe is een mal te maken die Amsterdam 2.0 moet opleveren? Een grondwet met een pigmentstad als doel. Een systeem dat sturend achter de dagelijkse werkelijkheid zweeft. Welke wet van de wet moet gekozen worden. Moet ze ontdaan worden van ideologie, moet ze verhalende elementen incorporeren, is radicaal liberalisme inderdaad het ultieme einde van het verhaal? Is er een wet te maken die uitersten kan combineren?

Het doel is een stad waarin 'eco-zones' kunnen ontstaan, zones waarin mensen als diergroepen samenleven, waarin extremen zich kunnen huisvesten, maar de middenklasse ook haar paradijs vindt. Een stad die zichzelf kan klonen, die zich geografisch niet alleen 1 plaats verwerft, en misschien zelfs los van geografie kan komen.

Kunnen we de nieuwe grondwet als de mal zien van Amsterdam 2.0, dit zwaard van Damocles dat onzichtbaar doch onverbiddelijk de nieuwe stad regeert.

next: de condities van de wet.




Date: Mon, 08 Jun 1998
From: Jaakko van 't Spijker

Hi Paul,

Hereby I send you the last bit I added to the text after I spoke to you last week. After this morning's discussion my feeling is that the really interesting thing about the track we're on is indeed what all the different cities (BOLO's) have in common. It is in setting the rules for what every city, however unique it may be, has to 'obey' to that we will have a tool with which Amsterdam can truly be given a different character. If we manage to define these rules in a way that no city has been ruled before (for example on a non-geographical basis) we can enter a truly exciting stratosphere of urban planning. All the cities we think of thereafter will hopefully lose the sense of arbitrariness that they now risk being associated with. The more different they get the stronger they'll prove the power of the META-tool. To be able to enter the exciting domain of our new Amsterdam we have to work on the common rules very quickly. If not we'll run out of the time needed to truly prove our point and visualise all the possibilities of the concept. (or am I now too much speaking as an architect?)

regards, Jaakko

here's the lacking piece of text:

Na een telefonisch onderhoud met Paul.

Hij denkt aan de optie van 1001 steden met 1001 grondwetten. In plaats van een oplossing die opgelegd wordt op de stad, kun je denken aan 1001 oplossingen zodat niet meteen alle mogelijke toekomstscenarios om zeep worden geholpen door het feit dat een keuze gemaakt wordt. Dit in het verlengde van het denken van Treanor, die worstelt met het dilemma dat van alle 'future possibilities' het meerendeel bij voorbaat uitgesloten wordt bij gangbare toekomstverkenningen.

Een idee waar ik de strekking wel van begrijp. Echter het levert praktische problemen op. Hoe kun je overtuigend nog iets maken dat op een voorstel lijkt als juist elke keuze tegen je zin de meeste opties uitsluit?

Wellicht levert deze manier van denken echter ook een paar ingangen: -In plaats van 1 ideaalstad meerdere ideaalsteden is een idee dat niet in strijd is met het pigmentenconcept. Integendeel. Het ging altijd al over meer dan 1 pigment. -1001 steden lopen parallel aan het ontginningswerk dat Arjen Mulder doet met zijn interviews. Hij delft in totnogtoe onontgonnen terrein naar een veelheid prachtige stadsverhalen die voor het oprapen liggen. -Wellicht biedt de serie videostills aanknopingspunten voor een pluricity-concept door haar veelheid en gewoonheid. -Is het realiseren van vele idealen en het daardoor relatief maken ervan niet de best denkbare ont-ideologisering?

Ook met een veelheid van steden als hoofd-idee hoeven we nog geen afstand te nemen van het eco-zones idee. In plaats van een patchwork te vormen kunnen gelijksoortige ideaalsteden elkaar natuurlijk aantrekken. Waardoor de zones intact blijven en hun invulling rijker. (Een corridor-idee was duidelijk aanwezig in het Melun-Senart-plan van Koolhaas, dat ook worstelde met het possible-futures-dilemma: alleen corridors werden bepaald, de rest bleef ongedefinieerd en de mogelijkheden daardoor open.) space picture


Please report errors to --> errors@alamut.com
This page was first created on --> 5/6/98; 11:48:22 CET
This page was last modified on --> 12/6/98; 7:27:33 CET

space picture